Piet gaat naar de horizon
P.C. Gomes-van Achterberg

Het is vakantie en Piet reist met zijn vader en moeder per vliegtuig naar een Grieks eiland. Daar ontmoet hij Sokraties. Die is net zo oud als Piet, hij heeft ook vakantie van school, maar hij kan niet op reis. Hij moet hard meewerken in het kleine restaurant van zijn vader en moeder. Maar als het slecht weer is zijn er weinig eters en heeft Sokraties ook vrij. De twee jongens trekken dan over het eiland. Ze kunnen niet echt met elkaar praten, maar meestal begrijpen ze over en weer best wat de bedoelen. Piet weet dat hij een heel wat makkelijker leventje heeft dan zijn Griekse vriendje. Daarbij hoort hij veel verhalen, ziet vreemde dingen, ontmoet een hondje dat hij mee wil nemen, droomt wonderlijke dromen. Kortom, Piet heeft de horizon hard nodig om te weten wat onder en boven is, wat dichtbij en wat ver weg is.